
“Alles wat mij verduistert, is niet wie ik werkelijk ben.”
Delen is helend.
Maar… wat als het blijven focussen op problemen, die problemen juist versterkt?
En tegelijk weet ik ook: wegstoppen is geen oplossing.
Begrijp me niet verkeerd: delen en kwetsbaar zijn blijft voor mij juist een kracht. Het opent, het verbindt, het heelt.
Dus waar ligt de grens?
Moet ik blijven zoeken naar diepliggende “problemen” die ik op dit moment niet eens als probleem ervaar? Ik merk dat ik steeds naar het licht zoek, niet naar de duisternis. Bewust worden van mijn belemmerende patronen, overtuigingen, gevoelens en gedrag… dat voelt helpend. Zien wat mij nog in de weg zit om voluit te leven.
En dat delen — mezelf hardop horen uitspreken waar ik vastloop — dat opent iets. Dat verzacht. Dat beweegt.
Maar… hoe vaak moet dat? Alles wat aandacht krijgt groeit. Alleen ik kan het licht aanzetten om de duisternis te verdrijven.
En dan komt de volgende twijfel: draai ik het naar het licht en ontken ik daarmee misschien wat er eigenlijk nog gezien wil worden? Druk ik iets weg onder een laagje positiviteit? Of is het juist zo dat door me te richten op het goede, het mooie, het liefdevolle, ik thuiskom in wat er altijd al was? In wat ik in essentie bén?
Ik héb alle hulpbronnen al in mij. Dat voel ik diep vanbinnen. Waarom zou ik dan blijven graven in het donker om verbinding te ervaren — met mijn ware zelf, met anderen, met het leven?
Wanneer het duister is en ik mijn denkgeest openstel voor liefde, vrede en wijsheid, ervaar ik rust, plezier en vreugde. Precies waar mijn hart naar verlangt. En ik wil daar zo graag meer van.
Maar hoe dan?
Door eerst de duisternis op te zoeken en die naar het licht te brengen?
Door mijn focus weer op het donker te leggen, zodat het kan worden geheeld?
Of juist door steeds opnieuw te kiezen voor het licht, het liefdevolle, het werkelijke? In dankbaarheid, iedere tijdelijke afwending van die werkelijkheid vergevend.
Dat spoor bewandel ik bijvoorbeeld via Een Cursus in Wonderen. Niet als religie, niet als geloofssysteem, en zeker niet om iemand te willen overtuigen — maar als een innerlijke training in waarneming. In liefde. In herinnering.
In de cursus stond vandaag:
“Ik dank mijn vader voor zijn gaven aan mij. Laat ik mij herinneren dat ik een ben met God.”
Voor mij verwijst ‘Vader’ of ‘God’ hier niet naar een persoon of een kerk, maar naar het universum zelf: de volmaakte levensenergie.
Non-duaal. Onvoorwaardelijk liefdevol. Allesvergevend. Wijsheid. Oneindig. Ongeboren. Onsterfelijk. In alles aanwezig. Het goede, het schone, het liefdevolle in alles wat leeft.
Telkens weer word ik uitgenodigd om te herinneren dat ik daar geen buitenstaander van ben. Niet afgescheiden. Niet los. Maar er één mee. En dat ik dankbaar mag zijn voor alles wat er al in mij aanwezig is.
Als een keuze. Als een erkenning. Als een innerlijk ‘ja’.
Dat besef staat in mij als een rots boven het water.
En toch verschijnt het beeld opnieuw:
Wat kleeft er nog aan die rots, onder water?
Mag dat ook het licht zien?
Alles wat het licht — en mijn ware natuur — verduistert, is niet van mij. Het is niet wie ik in werkelijkheid ben. Ik zie het voor me: oesters, mosselen, schelpen, aanslag, mossen die zich door de tijd heen hebben vastgehecht.
Ik laat ze beetje bij beetje verder losweken in het licht.
Het water is als mijn denkgeest: Is het helder, dan kan het licht zijn werk doen. Wat niet van mij is losweken. Zodat mijn glanzende, ware zelf weer kan weerkaatsen in de wereld. Is het vertroebelt, dan blijft de rommel vastplakken aan mijn onderbewuste.
Weer een stukje schoon. Het leven is mooi.
Mijn hoofd wil vaak de waarheid analyseren, bekritiseren. Als ik naar mijn lichaam luister en mijn denkgeest openstel voor al het goede is het zo simpel.
Even stoppen met al dat denken, het loszwevende hoofd dat de rest neigt te vergeten. Landen in mijn lichaam, luisteren naar mijn hart. Doen wat helpt. Ik heb genoeg tools om daar te komen.
Het is zo simpel en nog steeds lijkt het soms zo verrekte moeilijk. Gelukkig heb ik mijn ademhaling als medicijn.
Ik vergeef mijzelf en ik hou van mijzelf.
🙏
Dank u, I AM Presence ❤️
Voor jou, lieve lezer
Een reflectievraag:
Waar in jouw leven blijf je zoeken naar wat ‘nog niet goed genoeg is’… terwijl er misschien al zoveel licht, liefde en heelheid in jou aanwezig is?
Mini-oefening – 3 minuten
Ga even zitten. Sluit eventueel je ogen.
Leg één hand op je hart en één hand op je buik. Adem rustig in en uit door je neus.
Stel je voor dat jij een rots bent in helder water.
Boven het water: stevig, aanwezig, dragend.
Onder het water: alles wat zich ooit aan jou heeft gehecht — overtuigingen, verhalen, angsten, oude lagen. Zonder oordeel.
Laat nu een warme straal licht door het water heen op jou schijnen. Zacht. Liefdevol. Onvoorwaardelijk. Het licht maakt niets kapot — het verzacht alleen. Het nodigt uit om los te laten wat niet bij jouw ware natuur hoort.
Je hoeft niets te forceren.
Adem in… en zeg in jezelf:
“Ik laat het licht toe.”
Adem uit… en zeg in jezelf:
“Ik herinner mij wie ik ben.”
Blijf nog een paar ademhalingen.
Voel. Ontvang.
Schrijfreflectie
Maak deze zin af, zonder te lang na te denken:
Vandaag kies ik ervoor om…
Laat het een fluistering zijn vanuit je kern, niet vanuit je hoofd.
Deel je ervaring
Als dit resoneert, ben je niet alleen. Soms helpt het om samen te kijken, samen te herinneren, samen te verzachten.
Voel je welkom om hieronder een reactie achter te laten.
Wat raakt jou het meest in deze tekst? Wat wil jij vandaag meer zien of voelen in jezelf?
Je kunt ook je eigen ervaring of inzicht delen — dat kan een klein, krachtig begin zijn van verandering. Delen is helen.
Wil je hier begeleiding bij?
Soms helpt het enorm om dit proces niet alleen te doorlopen. Als je merkt dat oude patronen, overtuigingen of angsten je blijven tegenhouden, kan coaching je ondersteunen om je kracht, licht en vrijheid weer te herinneren.
Voel je welkom om contact met mij op te nemen. Samen kunnen we kijken hoe je stap voor stap dichter bij jezelf komt en wat jou helpt om volop het leven te leven.
Liefs, Marloes
